“Zondag 15 maart zaten we om 12.00 uur met het crisisteam van Allente – de koepelorganisatie waaronder onze school valt – bijeen. Hoewel de beslissing de scholen te sluiten toen formeel nog niet was genomen, wisten we wat eraan zat te komen. Toen dat tijdens het overleg definitief bekend werd, hadden we de brieven al klaarliggen.”

“We hebben direct een noodprogramma opgezet voor de kinderen. Dat hebben ze in de loop van de eerste week opgehaald. Voor een deel op papier, voor een deel digitaal. Digitaal onderwijs heeft hier de afgelopen weken vorm gekregen. We hadden de middelen al langer in huis, maar zijn ze nu pas echt ten volle gaan benutten.”

 “Met ons crisisteam hebben we ook een draaiboek opgesteld voor het moment dat scholen weer zouden opengaan. We hebben strikte maatregelen genomen. Ouders zijn – hoe vervelend ook – binnen niet welkom. We gymmen buiten. Bij verjaardagen wordt niet getrakteerd. Bij het binnenkomen van de klas, voor en na het buiten spelen en voor het naar huis gaan geldt: handen wassen. Kindjes die hun allereerste schooldag hebben, worden naar de klas gebracht door een ouder broertje of zusje. Is dat er niet, dan neemt een van ons het kind bij de hand. Dan nemen we de rol van de ouders een beetje over.”

“Als ik het zo allemaal achter elkaar opnoem, klinkt het heftig. Maar we willen hiermee juist ook bij de ouders angst wegnemen. Deze week is alles voorbeeldig gegaan. Iedereen hield zich keurig aan de afspraken. En kinderen, leerkrachten: Iedereen is blij dat we weer aan de slag gaan. In de klassen zijn we nu vooral sociaal bezig en maken we bewuste keuzes in wat we wel en niet aanbieden. Groep 8 baalt natuurlijk als een stekker dat er dit jaar geen kamp is. Maar daar proberen we een onvergetelijk alternatief voor te bedenken.”

“Voor mij zelf zijn de afgelopen weken voorbij gevlogen. Ik heb zeven weken vanuit huis gewerkt, maar heb er geen moment erg in gehad, zo snel ging de tijd. En ik ben blij weer met collega’s aan tafel te kunnen zitten in plaats van met ze te beeldbellen, maar deze periode heeft voor mij wel tot nieuwe inzichten geleid. De vergaderingen met de medezeggenschapsraad bijvoorbeeld zijn ook via een beeldbelverbinding gegaan en dat werkte heel effectief. Ik heb al gezegd: dat kunnen we best vaker doen. We moeten het goede vasthouden.”