“Wij zijn deze week - leerlingen kwamen terug van herfstvakantie - gestart met voorsorteren op de mondkapjesplicht. We attenderen er voortdurend op. In het gebouw willen wij dat iedereen buiten de klas er een draagt. Als ouders bezwaar maken - wat soms gebeurt - dan krijgen hun kinderen tijdelijk ontheffing. Maar dan moeten ze in pauzes op een vaste plek blijven zitten of naar buiten. We willen binnen geen onnodige verplaatsingen zonder mondkapje.”

“De week voor de herfstvakantie hebben we leerlingen er al op aangesproken en een appel op ze gedaan: draag een mondkapje. Jij beschermt ons, wij jou, samen beschermen we elkaar. Instrumenten om meer te doen, hadden we niet. Er was geen verplichting, ook niet aanstaande.  Grondwettelijk kan het niet zomaar worden opgelegd en daarom konden wij ook niet even bepalen dat het moest. Het was een verwarrende situatie. Een gemiddelde maatregel die wij als school afkondigen verschaft doorgaans meer duidelijkheid.”

“Een school is net de samenleving, met net zoveel meningen als mensen. Als iets niet verplicht is en mensen zien de noodzaak niet, dan ben je als toezichthoudende instantie - in dit geval wij als school – aan handen en voeten gebonden. In dat verband hielp het niet dat Jaap van Dissel van het RIVM begin oktober nog eens memoreerde dat de beschermende werking van mondkapjes niet is bewezen. Het zou zoveel beter zijn als kabinet en instanties in dat soort situaties met één mond spraken - hoe lastig dat soms misschien ook is.”

“In het hele land maken docenten in het voortgezet onderwijs zich momenteel ernstige zorgen over hun gezondheid. Bij ons is dat niet anders. Met name onder de vakdocenten geldt dit extra sterk. Wij geven hier praktijkvakken en in verband met de veiligheid van leerlingen is het vaak noodzakelijk dat een docent binnen een straal van anderhalve meter komt. Denk bijvoorbeeld aan het werken met een zaagmachine. Op dit moment vragen docenten leerlingen in die gevallen nog een spatmasker of mondkapje te dragen. Specifiek in dat soort situaties is het ook goed dat er een mondkapjesplicht komt. Dan is het duidelijk en is er geen discussie meer.”

“Natuurlijk leeft de zorg breder dan alleen onder de vakdocenten. Dit is een locatie met 975 leerlingen en 125 medewerkers. We zeggen hier regelmatig tegen elkaar: laten we hopen dat het goed gaat. We doen allemaal ons stinkende best, maar het is met 1100 mensen op een kluitje geen sinecure steeds die anderhalve meter afstand te bewaren. En als er nu één ding is waarover kabinet, RIVM en alle andere instanties het wél eens zijn, dan is het de minimale onderlinge afstand. In dat verband vraag ik me vrijwel elke dag of we toch niet beter met halve klassen kunnen gaan werken: om en om de ene helft op school, de andere helft online. Ik begrijp de ingewikkeldheid van en de weerstand tegen onderwijs op afstand, maar het zou de veiligheid ten goede komen.”

“Onze leerlingen zijn pubers. En het is pubers eigen om grenzen op te zoeken en te kijken: hoe kan ik onder de regels door? Dat gebeurt nu ook. Geen van hen misdraagt zich of doet lacherig over corona, veel hebben zelf al het nodige gezien en meegemaakt in hun omgeving. Daarnaast hebben we op deze school natuurlijk ook zieken. Maar toch moeten we onze leerlingen constant aanspreken op hun gedrag: pas op, denk erom, houd afstand, wees voorzichtig.”

“De combinatie van leerlingen die al dan niet bewust grenzen opzoeken en personeel dat bezorgd is, maakt het voor ons als school lastig een middenweg te vinden. Goed onderwijs is van groot belang, maar daarnaast moet er in mijn optiek serieus oog en oor zijn voor de zorgen bij het onderwijspersoneel. De nieuwe maatregelen helpen. Iedereen is gebaat bij maximale duidelijkheid. Een consequente aanpak op school hoort daarbij, daarvan zijn we ons bewust. We hebben een voorstel naar het bestuur van Tabor gestuurd over de escalatieladder die we kunnen hanteren. Die bespreken we ook met personeel en leerlingen. Als zij straks ondanks de verplichting geen mondkapje dragen, dan treden we op. Dat krijgt een staartje, in welke vorm dan ook. Een verplichting zonder handhaving heeft geen enkele zin.”