“Mijn vader komt uit Leiden en speelde als kind al in een show- en marchingband. Hij is in de Noordkop beland via mijn moeder, die Noord-Hollandse is. Door een gebrek aan dit soort verenigingen in de buurt is hij jaren later weer in Leiden gaan spelen. Toen ik het als klein kind voor de eerste keer zag, wist ik het meteen: dát wil ik ook. Nu spelen we samen in hetzelfde orkest. Het is mijn lust en mijn leven. Normaal gesproken repeteren we wekelijks het hele jaar door en ook geregeld extra in de weekenden. Van april tot oktober komt daar bijna elk weekend wel een optreden bij. Maar we hebben in oktober 2019 ons laatste optreden gehad en repeteren inmiddels ook al bijna een jaar nauwelijks meer.”

“Ik mis het enorm. Ik wil leuke dingen doen en het orkest was voor corona zó mijn leven, dat ik niet kan wachten tot we weer kunnen terugkeren naar ‘normaal’. Dat is ook écht de belangrijkste reden dat ik mezelf waar mogelijk aan de regels en maatregelen hou. Het heeft wel lang genoeg geduurd zo. Ik wil weer gezellig samenkomen, repeteren en optreden. Weer lekker het gevoel hebben dat ik echt leef. Dat mis ik nu.”

“Ik zit in het social team van AMIGO en heb daardoor nog wel regelmatig contact met andere leden. We hebben nu thuis twee keer allemaal hetzelfde muziekstuk gespeeld, waarvan de opnamen zijn verzameld en gemonteerd tot een geheel, zodat het klinkt als een gezamenlijk optreden. Het is hartstikke leuk om te doen, maar het kan tegelijkertijd niet tippen aan het samen repeteren en optreden.”

“Ik mis de andere bandleden, zoals ik ook mijn vriendinnen van school mis. Ik zit op het Murmellius Gymnasium in Alkmaar en heb in Wieringerwaard zelf geen leeftijdgenoten met wie ik omga. Mijn sociale leven speelt zich af met vriendinnen van school en die wonen in Alkmaar, Schoorl en Castricum. Elkaar echt zien doen we niet. In de eerste lockdown viel me dat minder zwaar. Nu kost het meer moeite, ik heb ook minder motivatie op school. Ik vind de lessen rommelig verlopen en kan niet wachten tot we weer gewoon in de klas zitten.”

“Als het op het volgen van de coronamaatregelen aankomt, zitten we thuis gelukkig wel zo’n beetje op dezelfde lijn. Mijn vader werkt bij de veiligheidsregio, mijn moeder in de zorg. Corona is thuis best een ding, vooral doordat ons leven heel erg is veranderd. Over het algemeen hadden we elk weekend wel wat. We waren veel de hort op. Dat is nu heel anders.”

“Zowel thuis als met mijn vriendinnen kan ik gelukkig goed praten over deze periode. Mijn vader mist de band ook. Met mijn vriendinnen app ik veel en we hebben niet lang geleden een website ontdekt waarop we digitaal kunnen samenkomen en spelletjes kunnen spelen. Dat is leuk en geeft een beetje afleiding. Mijn vriendinnen zitten er op grote lijnen wel hetzelfde in als ik. We nemen het serieus. Tegelijkertijd is corona onderling geen heel groot onderwerp. We hebben vooral leuke, normale meidengesprekken.”

“Als je zoals ik serieus met alle regels en maatregelen probeert om te gaan, dan is het vreemd om mensen te zien die er heel anders in zitten, die zich er niet veel van aantrekken. Ik word niet echt boos, maar ik snap het gewoon niet goed. In die gevallen doe ik altijd maar een stapje terug. Ik heb een bijbaantje als vakkenvuller in de supermarkt en als ik aan het werk ben, maak ik ook mee dat mensen te dichtbij komen. Als dat gebeurt, maak ik zelf ruimte. Mensen erop aanspreken doe ik als 15-jarige niet zo snel.”

“Ik maak er momenteel het beste van, al begin ik het wel steeds moeilijker te vinden als ik hoor dat de maatregelen weer worden verlengd. De avondklok vind ik niet zo storend, gewoon een kwestie van zorgen dat je op tijd thuis bent. Voor de rest houd ik mezelf voor dat het ooit weer goed komt. Daarvoor wil ik nu best een tijdje afzien. Ik weet waar ik het voor doe.”